Begin deze maand kwam dit boek uit, en de afgelopen weken is er veel over gesproken en geschreven. In kranten, in talkshows en natuurlijk op sociale media. Ik wilde wel eens weten waar de reuring over ging en las De domheid regeert van Sander Schimmelpenninck uit 2024. Mijn afdronk: stevig neergezet met toch wel wat nuances, inhoudelijk wel juist, waarbij je over de conclusies kunt discussiëren en tenslotte een grappige, soms wat vileine en schofferende schrijfstijl. Wil je meepraten? Lees dan eerst dit boek!
Om nog even te benadrukken wat al weken door Sander wordt gezegd: het gaat niet over domheid in de zin van laag IQ. Het gaat over domheid als bewuste houding, cultuur, en bij ‘domrechts’ over een politieke stroming die domheid als strategie inzet. In dit boek gedefinieerd als ‘geveinsde, opzettelijke of nalatige domheid om het publiek te misleiden’. Om het vertrouwen in feiten, instituties en anderen te ondermijnen. Onwetendheid en primitieve reacties worden gevierd als ‘volks’ en kennis en doordachtheid verworpen want ‘elitair’. Het gaat over opzettelijk verspreiden van onzin of het debiliseren van het politieke debat, door slimme mensen. Heel gevaarlijk!
Het maatschappelijke boek De domheid regeert …
… waarschuwt tegen deze domheid, omdat het onze democratische rechtsstaat bedreigt. We bevinden ons op een glijdende schaal, met aan de ene kant die kwetsbare democratie, en aan de andere kant autocratie. Een autocratie beschrijft Sander als een staatsvorm waarin de machthebbers onbegrensde macht hebben, denk aan Rusland en Poetin. Wist je dat op dit moment 70% van de wereldbevolking onder autocratische regimes leeft? Nee, ik ook niet. Autocraten gebruiken geweld, corruptie én doelbewuste domheid als instrument. En dat laatste wordt steeds makkelijker, door de algoritmes van Big Tech, die opzettelijk zijn afgestemd op ophef. Tot zover de proloog, dat belooft dus wat!
Het boek is in 3 delen opgezet: eerst De cultivering van domheid, daarna De wapens van domheid en tenslotte Dealen met domheid.
Cultivering van domheid
De cultivering van domheid zoomt in op het ontstaan van en de veranderende rol van sociale media. Sander kan zich het optimisme van de eerste jaren goed herinneren, Twitter was vaak inhoudelijk interessant en social media gaf mensen de gelegenheid gelijkgestemden te vinden, wat mogelijk tot de Arabische lente leidde. Maar later ook tot Brexit, Trump en de genocide in Myanmar.
Inmiddels weten we dat Musk met zijn X aan de algoritmes morrelt, om sommige accounts te onderdrukken en anderen juist te promoten, met name die van hemzelf. En of de berichten van die accounts kloppen, boeit de sociale mediabedrijven niet. Hierdoor belemmeren ze de oprechte meningsvorming. Sterker nog, ze willen helemaal niet dat je nadenkt, maar zoveel mogelijk klikt. Uit onderzoek blijkt dat de meest gepushte berichten het laagste waarheidsgehalte hebben, meestal betreft het het bekritiseren of bespotten van een tegenstander met onware claims. Gewoon pestgedrag, wat een reactie uitlokt … Ophef!
Het probleem is dat we een bekende bias hebben: iets wat we vaak lezen, gaan we steeds meer als betrouwbaar (want: bekend) beschouwen. En als zo’n bericht door heel veel mensen geliket of gedeeld is, wordt dit effect nog versterkt. Bestook mensen voortdurend met dezelfde leugens en ze gaan het geloven. De berichten putten het kritisch denkvermogen uit.
Opkomst van radicaal rechts
Hoe komt het dat er zo’n enorme hoeveelheid mensen blijkt te zijn die hierdoor beïnvloed worden, die schijnbaar ‘opeens’ radicaal rechts werden? Sander geeft de Corona-epidemie en de hieruit voortvloeiende lockdowns de schuld. Veel mensen waren tégen deze vrijheidsberoving. Anderen verloren hierdoor hun baan of onderneming. Natuurlijk waren er de vaccin-weigeraars, en de mensen die geloofden dat een hele gezonde lifestyle genoeg was. Het wantrouwen in de overheid smeedde één groep van extreemrechts, complotdenkers, sportschoolgangers, wellness-rechts, ondernemers, artiesten, Moederhart.
De radicaal rechtse politiek doet hard mee aan het politiseren van kennis, niet alleen door het verschil tussen ‘volks’ (dat noemt domrechts ‘common sense’) en ‘elitair’ (napraten wat een ander ooit bedacht heeft), maar ook door onderbuikgevoelens toe te laten in de debatten en journalisten tuig te noemen. Zo glijden we af naar een ‘post-truth’ samenleving, die kwetsbaar is voor autoritaire en totalitaire regimes.
Verrassend genoeg heeft de staat van de economie daar minder mee te maken: uit onderzoek blijkt dat tijden van economische bloei de anti-immigratiegevoelens juist versterkt. We vergelijken ons met mensen die het nóg beter hebben, ook als je al bovengemiddeld verdient, zoals ‘de registeraccountant die gaat zzp-en om nog meer te verdienen’, deze stemt óók radicaal rechts. Ik was geschokt toen ik het las, wat is Sander’s bron? En dat we minder uren werken, helpt ook niet: meer tijd voor X en TikTok, waar je ‘eigen onderzoek’ kunt doen.
Meegaan in domheid
Het antwoord hierop van ‘links’ is niet adequaat, teveel begrip willen opbrengen voor de rechtse kiezers, en dan daarom meegaan in de domheid, zeggen dat er inderdaad een asielprobleem is.
En sommige politici doen zich nog dommer dan dom voor: Trump zei in 1980 dat je ‘het altijd verliest van iemand die dom is maar leuk kan lachen’, en George W. Bush deed zich véééél dommer voor dan hij was, als een simpele Texaanse boerenjongen, om zich af te zetten tegen de wat elitaire Al Gore.
Wapens van domheid
Wat zijn de wapens van domheid? Met dit hoofdstuk kun je de ‘domrechts-bingo’ doen als je naar debatten of talkshows kijkt.
- De zondebok. Het voorbeeld van asielzoekers ligt voor de hand.
- De Jij-bak. Je tegenstander hypocriet noemen, diens geloofwaardigheid aanvallen, of een ander probleem aankaarten om af te leiden van de inhoud: whataboutism.
- De Fophef. Wat kinderachtige domheid waarmee je een reactie uitlokt, en dan huilie-huilie doen.
- De valse balans. Alles als een meningsverschil presenteren met twee zogenaamd gelijkwaardige kampen met gelijkwaardige alternatieven. Nazikruizen op een regenboogzebrapad presenteren als twee meningen waarbij je in het midden uit moet komen. In het midden tussen tolerantie en intolerantie? Of journalisten die geen factchecks meer doen maar alleen het nieuws ‘neutraal’ doorgeven.
- Het verschrikkelijke ‘het had waar kunnen zijn’ als reactie op het ontmaskeren van een onzinverhaal of regelrechte leugen. Schaamte? Dat kennen ze niet meer.
- Bullshitten. Het blufferig verdraaien van de waarheid, niet echt liegen, maar een loopje nemen met de waarheid. Bullshitten is heel effectief, omdat het ontkrachten ervan een stuk arbeidsintensiever is dan het verzinnen.
- Trollen. Trolling is een vislijntje achter de boot uitgooien, in de hoop dat er wat hapt. In de context van de wapens van domheid gaat het over mensen op stang jagen, of iets extreems verkondigen onder het mom van een geintje, terwijl je het wel degelijk meent.
- De signaalleugen. Evidente onzin verkondigen om de loyaliteit van je volgers te peilen. Want wat na zo’n opmerking nog trouw aan je blijft, dat zijn de échte volgers.
- ‘Waarom ben je zo boos?’ -reacties, of ‘Ik stel alleen maar vragen’. Zo wordt kritiek niet inhoudelijk gepareerd, maar als haat gekwalificeerd en stelt men zich als slachtoffer op.
- Het polarisatieverwijt. Dat is een vorm van nepfatsoen, waarin men oproept om de polarisatie te stoppen, als de toon van een debat ze niet bevalt.
- De censuurschwalbe: als iemand zich in een discussie in het nauw gedreven voelt, komt hij met het verwijt dat hij monddood wordt gemaakt. Het gaat dan direct niet meer over de inhoud, maar over ‘vrijheid van meningsuiting’.
Dealen met domheid
Hoe kunnen we het beste dealen met die domheid? Sander begint met uit te leggen dat álle mensen liever naar verhalen luisteren, dan naar feiten en statistieken. En ons tribalisme zorgt ervoor dat hoe slimmer je bent, hoe meer je de waarden en overtuigingen van je sociale groep uitdraagt, ook al zijn deze in strijd met de feiten. Er is dus overal domheid, en dat was altijd al zo. Wat er recent veranderd is, is de viraliteit ervan, de verspreiding. Dáááár moeten we dus op focussen.
Laten we in ieder geval stoppen met ‘nóg beter luisteren naar de mensen’, en gewoon benoemen wat domheid is. Het oplossen van élk probleem, begint met het benoemen ervan. Tenslotte wordt het bewust als strategie ingezet, en gaat het niet vanzelf over. Dat laatste is interessant: ik dacht eigenlijk wel dat de regeringspartijen op de duur wel door de mand zouden vallen, en hun kiezers de volgende verkiezingen iets meer hun hersenen zouden gebruiken. Sander is het daar niet mee eens, en geeft daarvoor een aantal, best overtuigende redenen:
- De schuld voor mislukkingen wordt consequent bij derden gelegd, zoals Brussel, of de rechtbank. Van die instituties moeten we dus af want die staan de volkswil in de weg, zo roeptoetert domrechts dan.
- De kiezers hebben geen échte problemen, er hoeft dus ook niks opgelost te worden. De Boeren? Die vertegenwoordigen maar 1 zetel.
- Bij mislukkingen kun je dus ‘voor je aanhang blijven vechten’.
Komt er dan geen eind aan de domheid? Jawel, als dom beleid leidt tot daadwerkelijke, zichtbare, materiële schade voor iedereen. Denk aan de Brexit. Maar terugdraaien van die schade is niet makkelijk.
Vechten tegen domheid
We moeten domheid dus bevechten, en daar is de overheid beter voor geëquipeerd dan wij individuen. Want het gaat om het aanpakken van social media, die zélf de vloed van desinformatie helemaal niet tegen willen gaan. Daar hebben ze ook helemaal geen belang bij. (En onze domrechtse regering ook niet). In Europa is er inmiddels wetgeving voor sociale media platforms, de Digital Services Act (DSA).
De rechtbanken kunnen landelijke vertegenwoordiging eisen, zodat platforms aansprakelijk gesteld kunnen worden. Er kan een beroepscode komen voor programmeurs. Platforms zouden gedwongen kunnen worden effectief te modereren, diverse inhoud aan te bieden, transparant te zijn over hun algoritmes, anonieme accounts verbieden. Fact-checken moet gebruikelijker worden.
En waar het de laatste tijd steeds vaker over gaat: er moet een cordon sanitaire zijn tegen dit geflirt met autocratie. Niet alleen in de politiek, maar óók, of vooral, in de media. En als je ze dan toch een podium geeft, moeten journalisten zorgen dat het over de inhoud gaat, in plaats van het debiteren van evidente leugens en ad hominems. Politici en journalisten hebben een maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het beschermen van democratische principes, niet alles kan zo maar onder het mom van vrijheid van meningsuiting. Mensen die opzettelijk informatie negeren zijn te kwader trouw, moreel nalatig. We moeten zorgen dat ze zich schamen.
Daarnaast moeten we domrechts veel vaker met hun eigen wapens bestrijden. Ze weten goed hoe de massa te bespelen, dat moet niet-domrechts óók kunnen. Verhalen vertellen in plaats van droge feiten oplepelen. Maar dan zónder te liegen. Een mooi voorbeeld: The Lincoln Project, die Trump’s tactieken tegen hem gebruikt.
De volgers van domrechts
Ook moeten de niet-domrechtse partijen met betere ideeën komen en die vooral beter verkopen. Want hoe haal je de domrechtse volger uit hun ‘fabeltjesfuik’? Noem ze in ieder geval niet dom. En begrijp dat áls ze van mening veranderen, ze hun tribe, hun groep verliezen. Dat is eng. Probeer een verbinding met ze te maken op basis van gemeenschappelijke, onderliggende waarden.
Een andere oplossingsrichting is het onderwijs, waar meer aandacht aan mediageletterdheid en burgerschap gegeven moet worden. Hoe mooi zou het zijn als er meer kennis kwam over beïnvloedingstechnieken als retorica?
Ook geeft Sander aan dat burgerberaden veel voordelen kunnen hebben. De ingelote burgers verdiepen zich in de materie en moeten er samen uitkomen, ze maken zich niet druk om herverkiezingen, en nemen daarom betere beslissingen. Met burgerberaden kun je laten zien dat burgers wèl bij besluitvorming worden betrokken.
Kleur bekennen
In de epiloog vat Sander zijn betoog nog even samen. Het moet afgelopen zijn met ‘When they go low, we go high’, hier stapte Michelle Obama zélf trouwens ook van af dit jaar. We kunnen ons geen fatsoen meer permitteren. Het boek is een pleidooi voor polarisatie en kleur bekennen, een oproep tot strijd tegen de domheid door media, overheid en burgers. Domheid is het belangrijkste middel om de boze burger richting fascisme te duwen. We kunnen het dus niet op z’n beloop laten.
Mijn evaluatie van De domheid regeert
Dit essay is een vrij stevig betoog met wat mij betreft tegen-intuïtieve aanbevelingen. Weg met de redelijkheid, want discussiëren over de inhoud gaat het probleem niet oplossen. We moeten de strijd aangaan met dezelfde middelen. Origineel! En eerlijk gezegd stuit me dat tegen de borst. Ook twijfel ik of we dat überhaupt wel kunnen. Sander geeft dus veel stof tot nadenken.
Hij kaart een relevant probleem aan, wat bijzonder urgent is aangezien de radicaal-rechtse politiek zich aan het uitbreiden is. Ik schrok van het gegeven dat 70% van de wereldbevolking al in een autocratie leeft, en daar wil ik zelf niet heen. Dat er dus wat moet gebeuren is duidelijk, Sander weet dit in zijn boek goed te duiden.
Zijn boek is deels wetenschappelijk onderbouwd, met name het eerste hoofdstuk, Cultivering. Bij de Wapens geeft hij meer anekdotische onderbouwing, die iedereen die onze politiek een beetje volgt, direct herkent. Doe maar eens zo’n domrechts-bingo! Het derde hoofdstuk, Dealen, bevat grotendeels zijn eigen mening, die stevig wordt aangezet, maar wel logisch volgt uit het betoog dat eraan voorafgaat. (Anderzijds, de Democraten in de VS bedienden zich aan het eind van de 2024 verkiezingscampagne ook van deze methode, en het heeft ze niet genoeg geholpen.) Bijna 1/3de van het boek bestaat uit bronnen en verwijzingen, dus je kunt alle voorbeelden nog eens nalezen of -kijken, en nóg beter geïnformeerd zijn.
Sanders schrijfstijl is pittig, met grappig woordgebruik (‘pratende biefstukken in de sportschool’) en ook wat denigrerend naar de domrechts-kiezers. Hij weet heel goed hun motivatie te beschrijven en zelfs te begrijpen, maar empathie ontbreekt. Daarnaast vind ik dat hij de ‘makelaars in domheid’, de politici, media en socmed-bazen, wel heel goed neerzet en, terecht vind ik, fileert. Er is niet veel ruimte gemaakt voor de ‘goeden’.
Tenslotte: er wordt een hoop gesproken over het boek, door Sander zelf in talkshows, en door anderen. Wil je jezelf echt een goede, geïnformeerde mening vormen over zijn betoog, lees dan het boek. Niet dik, wel heel interessant.
Ik gaf het boek 3 1/2 *
Ken je dit boek? Wat vond je ervan?
Koop De domheid regeert
o.a. bij
of
of
Libris.nl, steun je lokale boekhandel
Voor bovenstaande links krijg ik een beetje provisie. Zonder provisie:
- Boekwinkeltjes, lekker duurzame exemplaren-met-ervaring
- Of lees het gratis via de (online) bibliotheek (dat deed ik ook).
Keus genoeg!
Elly Stroo Cloeck is project- en interim-manager op het gebied van Finance, Internal Audit en Risk Management. Daarnaast schrijft ze recensies en samenvattingen van managementboeken.
Abonneer je hier op de kwartalige nieuwsbrief of op de wekelijkse blog-updates!