Iedereen heeft een mening over economische groei, en over ‘degrowth’. “Wat niet groeit, gaat dood”, zei iemand tegen mij. Is dat zo? Er zijn in ieder geval groeiende zorgen over groei. Tijd dus om eens een stevig boek te lezen over groei in het algemeen, die van micro-organismen tot beschavingen, en daartussen in ook die van economieën. Vaclav Smil schreef in 2019 het uitstekende (Engelstalige) boek Growth, wat je alles vertelt over groei, en wat daarna komt.
Stevig? Jazeker. Niet alleen is het boek vrij dik, 500 pagina’s ex noten, het is ook echt een studieboek, uitpuilend van de data, statistieken en groeicurves. Het is ook breed, alle mogelijke groeiende ‘entiteiten’ komen aan bod, van de oudheid tot nu, en wereldwijd. Ja, ook Nederlandse groei-data kwam ik regelmatig tegen. Ik houd van goede onderbouwing, en kwam zeker aan mijn trekken.
Het managementboek Growth…
… begint met de uitleg over groeimodellen, lineaire en exponentiele groei, en allerlei curves met name de bell-curve (Gauss-kromme) en de s (sigmoid)-curve. Vooral die laatste komt veelvuldig voor in het boek, en laat een voorzichtige start, versnelling, en afvlakking van groei zien. De hoofdstukken erna zijn opgebouwd op basis van toenemende complexiteit van de entiteit.
Natuur, van micro-organisme tot mens
Diep ademhalen, en dan begint het! In hoofdstuk 2 lezen we alles over de natuur: micro-organismen en virussen (en wat data over pandemieën), bomen en bossen, gewassen, dieren en mensen. Smil stelt o.a. dat de groei van bomen versterkt wordt door een toename van CO2 en temperatuur, maar dat dit meer dan teniet gedaan wordt door de toename van bosbranden.
Bij de dieren lezen we over de relatie tussen groei, metabolisme en koud/warmbloedigheid. De groei van de skeletten stopt bij volwassenheid, de groei van vlees gaat in enige mate door. De grootste dinosauriërs groeiden met 100 kg per dag, en die met lange nekken hadden daarin holle botten om het gewicht wat te verminderen. Andere dieren groeien wel ongelimiteerd door: mosselen, zilvervisjes, zalm en haai. Een apart hoofdstuk gaat over gedomesticeerde dieren (koeien, varkens, kippen) en hun abnormaal grote groei en even abnormale kleine behuizing. Tussen alle droge data komt hier wel wat cynisme en emotie (‘detestable’) tevoorschijn. De groei van een mens is heel anders dan die van dieren, interessant! Ook allerlei groeiafwijkingen en obesitas komen aan de orde.
Energie en artefacten
Verder gaat het over energie en de omzetting ervan. We lezen over de groei van de capaciteit van: water en wind, stoommachines, interne verbrandingsmotoren, kernreactors en zonnecellen, en elektrisch licht en motoren. Interessant, maar voor een groot deel geschiedenisles.
Door naar de artefacten: gereedschappen, machines, bouwwerken, infrastructuur, transport en electronica. Wat me daar met name trof is de groei van onze behuizing: in de US gaat men gemiddeld steeds groter wonen, in Europa en het Oosten is het stabiel. De hoeveelheid verbruikt materiaal per huis (bouwmateriaal, inrichting) is in de VS dan ook veel hoger.
De groei van bevolking, economie, beschaving
Het volgende deel gaat over bevolking, samenleving en economie, inclusief de groei van steden, rijken (Romeinse rijk, Britse rijk) en beschavingen. Dit deel las ik met bovengemiddelde belangstelling, echter, hoewel er veel data zijn, geeft Smil aan dat modellen niet universeel toepasbaar zijn. Zoals de groei van de omvang van een rijk: tel je dan de ‘rijkdom’ (te weinig gegevens), de inwoners (maar niet allemaal werden echt overheerst), de geografische omvang (het Romeinse rijk was dan bepaald klein te noemen)? Het stuk over de economieën gaf wat meer terzake informatie. Zo geeft Smil aan dat de 2de industriële revolutie (elektriciteit, verbrandingsmotoren, etc.) veel meer impact heeft gehad dan de 1ste (stoommachines, spoorwegen) en de 3de (computers). Dat laatste verbaasde me, maar de uitleg is wel spot on: we gebruiken ze meer voor ontspanning en communicatie dan voor verbetering van de arbeidsproductiviteit. En sommige toepassingen verminderen de productiviteit zelfs, denk aan Facebook.
Wat komt ná de groei?
Het laatste deel gaat over: wat komt ná de groei? Kort gezegd: dat kan van alles zijn. Soms de dood. Soms een periode van stabiele omvang. Soms een dip en daarna opnieuw groei. Dit klinkt misschien wat teleurstellend, maar de boodschap is duidelijk: hoe complexer de materie, hoe moeilijker te voorspellen. De meeste onderdelen van de voorgaande hoofdstukken laten een s-curve zien, dus aan het eind beperkte groei en stabilisatie. Maar er zijn ook voorbeelden van opleving (zoals de productie van olie in de VS na introductie van fracking). Smil’s conclusie is dat de grenzen aan de groei door uitputting van de aarde duidelijk zijn. Doorgroeien is dus geen optie. Maar of stabiliseren ‘kan’ en wat de gevolgen zullen zijn, daar geven alle historische modellen onvoldoende antwoord op.
Leerzaam boek over complexe materie
Zonde van de tijd dan, dit boek? Zeker niet! Het is mij nog duidelijker geworden dat complexe materie geen simpele oplossingen kent en dat de toekomst nauwelijks te voorspellen is. Wél kunnen we veel leren van de natuur en de historie.
Overall is Growth een uiterst leerzaam boek dat groei in perspectief zet, heel relevant op dit moment. Daarnaast leer je veel over onderwerpen die in eerste instantie niets met economie te maken lijken te hebben. Echter, duidelijk is dat alles samenkomt in groei, of beter: vooruitgang, van onze beschaving. Heel fijn om eens uit de financiële silo te komen en een breder perspectief te krijgen. Wat zou de toekomst van onze beschaving zijn?
De schrijfstijl is vrij ‘droog’ met de vele data en verwijzingen, slechts hier en daar komt de mening van de auteur naar voren. Zo is hij vrij negatief over de ‘simplistische’ modellen waarop het rapport Grenzen aan de groei en haar opvolgers zijn gebaseerd. In Growth worden ook vaak onderzoeken met tegengestelde resultaten genoemd, waaruit wel objectiviteit blijkt. Dat zie ik in andere (management)boeken niet zo vaak.
En de opmerking “Wat niet groeit, gaat dood’’ is aantoonbaar onjuist. De cellen van onze hartspier groeien niet, worden tijdens ons leven niet vervangen, gaan ook niet dood … Gelukkig maar!
Ik gaf het boek 4 1/2*
Ken je dit boek? Wat vond je ervan?
Koop dit boek
o.a. bij
Voor bovenstaande link krijg ik een beetje provisie. Zonder provisie:
Boekwinkeltjes, lekker duurzame exemplaren-met-ervaring
Keus genoeg!
Elly Stroo Cloeck is project- en interim-manager op het gebied van Finance, Internal Audit en Risk Management. Daarnaast schrijft ze recensies en samenvattingen van managementboeken.
Abonneer je hier op de kwartalige nieuwsbrief of op de wekelijkse blog-updates!